De Italiaanse film
Stanno Tutti Bene (Het gaat goed met allemaal) is geregisseerd door Guiseppe Tornatore, met Marcello Mastroianni in de hoofdrol, als de oudere Matteo Scuro. De film was erg succesvol in Italië. In 2009 is er een Amerikaanse remake van gemaakt - Everybody's Fine, met Robert de Niro in de rol van de oudere vader.
Het verhaal gaat over Matteo Scuro, die weduwnaar is. Hij is gepensioneerd en woont nu alleen in het zuiden van Italië. Zij vijf kinderen zijn allemaal het huis uit en bezig met hun carrieres in het rijkere noorden van het land. Hij besluit om ze in de zomervakantie allemaal bij hem thuis uit te nodigen, maar een voor een melden ze dat ze niet komen. Dan realiseert Matteo zich dat hij vroeger te weinig aandacht aan z'n kinderen geschonken heeft, in tegenstelling tot z'n vrouw, en hij besluit om hen zelf maar eens op te zoeken...
Waar de muziek van de remake van Dario Marianelli is, heeft niemand minder dan Ennio Morricone de muziek gecomponeerd voor
Stanno Tutti Bene. Hij had al eerder samengewerkt met regisseur Tornatore voor de succesvolle film Nuovo Cinema Paradiso van twee jaar eerder. In de film speelt Morricone op uitdrukkelijk verzoek van Tornatore ook een rolletje als dirigent van het orkest bij de opera-uitvoering in Milaan.
De muziek die Morricone voor de film heeft gecomponeerd is erg gevarieerd. Met diverse soorten instrumenten creëert Morricone allerlei verschillende kleuringen in de muziek. Die instrumenten variëren van accordeon tot Oosterse sitar en van panfluit tot cimbalom. Daarnaast zijn er uiteraard ook de normale Westerse orkestinstrumenten.
Ook de stijlen in de verschillende tracks verschillen nogal van elkaar. Waar de ene track dramatisch klinkt, is de andere dreigend en spannend, of waar de ene opgewekt, bijna romantisch is, daar is de andere mysterieus. En om het nog complexer te maken, past Morricone ook nog een behoorlijk aantal verschillende melodieën toe. Die melodieën zijn fraai en melodieus en zouden best voor thema's door kunnen gaan, maar ze komen maar beperkt terug in de verschillende tracks. Dat zorgt er allemaal wel voor dat de tracks onderling erg verschillend zijn en er weinig echte samenhang is in de score. De sfeer van de score is eigenlijk het belangrijkste samenhangend element. Die sfeer is vooral melancholiek, waarbij de ene track meer komisch getint of licht romantisch is en andere weer meer dramatisch, spannend of zelfs verlangend. Maar die melancholie kleurt toch eigenlijk wel de hele score.
De openingstrack 'Viaggio' is een vlotte en prettige track. Vooral wanneer de strijkers een soort menuet spelen is de muziek erg aangenaam. Het vlotte ritme van deze track is echter wat afwijkend, want de meeste tracks komen in een veel lager tempo voorbij. Deze openingstrack presenteert al een aantal malen het thema van de film, die in een aantal tracks nog weer meer of minder duidelijk terugkomt. De tiende track heet ook 'Viaggio' en is een variatie op de openingstrack.
'Sogno' is een andere nogal afwijkende track, die door Ennio Morricone samen met zijn zoon Andrea Morricone is gecomponeerd, als enige op dit album. De muziek is wat onheilspellend en heeft een wat zweverige sfeer, waarmee de droom van Matteo in de film wordt ingekleurd. De panfluit speelt daarbij een opvallende rol, die doet denken aan bepaalde cues uit
Once Upon a Time in America.
Een aantal tracks van de score zijn gecomponeerd met een soort tragi-komische inslag. Het komische element is dan het gespeelde deuntje, terwijl het tragische element dan de mineurklank van dat deuntje is. Die deuntjes komen soms helaas wat simpel over, maar zullen in de film allicht prima tot hun recht komen. Vrij veel tracks hebben toch wel enige last van dit deuntjeseffect, dat vooral in de hoofdmelodie zit. De underscore is bij deze, en eigenlijk bij de meeste tracks vaak wel mooi glijdend, waardoor de muziek toch wel redelijk aangenaam blijft. Sommige andere tracks zijn door hun melancholieke kleur en wat trage tempo een klein beetje langdradig, waardoor die tracks wat minder aangenaam zijn, vooral wanneer de melodie dan wat saai is.
Een track die duidelijk boven de andere uitsteekt is 'Atelier Barocco', waarin een erg mooie en opbeurende melodie gespeeld wordt in een typische klassieke, barokke uitvoering. Vandaar allicht de titel van de track. De strijkers spelen de melodie en de underscore, terwijl een klavecimbel af en toe bijspringt. Ook de volgende track 'Sfilata die Moda' borduurt hierop voort en daarmee zijn deze beide tracks verreweg de mooiste van deze score geworden. In feite zijn deze beide tracks de afsluitende tracks van de Original Score. Wat nu nog volgt op deze Expanded Score zijn een aantal alternatieve uitvoeringen van tracks die we al eerder gehoord hebben. Deze vijf tracks voegen eigenlijk niet zoveel toe aan de Original Score, maar laten wel aardig de ontwikkeling horen van de aanvankelijke compositie tot de compositie zoals die in de film terecht is gekomen.
Door de grote variatie in melodieën en instrumentgebruik hoor je in veel tracks wel iets terug uit andere scores van Morricone. Dat maakt deze score dan wel weer herkenbaar als een score van de grootmeester. En dat is dan toch wel weer aardig.
Kortom, met
Stanno Tutti Bene heeft Ennio Morricone een aardige score gecomponeerd, maar ook niet meer dan dat. De score hoort zeker niet bij z'n beste werken, maar is op zich, los van de film, best aangenaam beluisterbaar. Toch is de variatie in melodieën en instrumentgebruik vrij groot, waardoor de film eigenlijk alleen door de sfeer een samenhangend geheel wordt en dat is toch wat beperkt. Het was fraaier geweest wanneer de melodieën wat aansprekender waren geweest en vaker in de verschillende tracks zouden terugkomen. Dat is nu maar heel beperkt het geval. De waardering voor deze score is daardoor niet hoger dan 69 uit 100 punten.
In 2009 is van deze film een Amerikaanse remake gemaakt met de titel
Everybody's Fine. De score voor die film is gemaakt door Dario Marianelli, die een veel fraaiere score gecomponeerd heeft dan deze van Ennio Morricone.