De Anime-Serie Dragonball is sinds zijn opwachting in 1989 op de Japanse televisie mateloos populair, en dat is het altijd gebleven. Zo ook in Nederland waar de serie met overweldigend succes werd bekeken begin deze eeuw. Het is een serie die zowel qua uiterlijk als qua populariteit verwant is aan Pokemon en in iets mindere mate Digimon (klinkt u dit vreemd in de oren, praat dan even met een persoon tussen de 12 en 20 jaar oud, deze kunnen u zeer nauwkeurige uitleg geven). De serie is Japans cultureel erfgoed ten top, en word jaarlijks nog steeds door miljoenen bekeken. Waar het over gaat? Goku en zijn vrienden die met hun speciale krachten, varierend van een Energiestraal die de wereld kan vernietigen tot schijven die alles op hun weg doorsnijden, de wereld en andere planeten redden van (on)aardse vijanden. Genoeg animo, gegarandeerde actie en speciale effecten doen mij afvragen waarom het zo lang heeft geduurd voordat de film werd gemaakt. Hoe dan ook, de film is vanaf 9 April te bewonderen in zowel de Nederlandse als de Belgische bioscopen. Aangesteld als componist werd Brian Tyler, de man die met snoeiharde en enerverende percussie in de bioscoop je op het randje van je stoel doet zitten, maar op CD of uit koptelefoons/oordoppen nogal tegenvalt vanwege zijn ietwat teleurstellende vermogen om te varieren. En juist de mensen die dat met me eens zijn komen deze keer opvallend bedrogen uit en zullen worden verrast.
Het eerste wat (juist niet) opvalt, (maar niet verrasend is aangezien we het over én een Fantasy-Martial Arts film én over Brian Tyler hebben), is het enorme aanbod aan actiemuziek. Actiemuziek die ook daadwerkelijk kwaliteit heeft. Want Tyler weet daar wel raad mee. Waar John Powell bijvoorbeeld vooral veel blazers op ons laat afkomen, moet Tyler het veelal van percussie hebben. Zo ook deze keer. Maar deze keer is het geen slopende rit, zoals met Eagle Eye, War, Rambo en Aliens vs. Predator: Requiem wel het geval was. Deze keer is er heel wat meer speelruimte over voor Tyler, wat zorgt dat hij af en toe ook een stap terug kan doen, en tijd heeft om spannningsopbouw of wat emotionelere stukken erin te verwerken. Dit maakt het onderhoudender, meer een geheel en aangenamer om naar te luisteren.
In al heel wat grootse en verschillende wijze zijn er Oosterse klanken te horen geweest in een groot aanbod van score. Een kleine greep hieruit zijn The Last Samurai en Kung Fu Panda van Hans Zimmer, Seven years in Tibet en Memoirs of a Geisha van John Williams. Dragonball, van origine natuurlijk Japans, zou, afgaande op de stijl van wat we van de film hebben kunnen bewonderen, deze stijl moeten handhaven. Maar dat doet het niet. Er zijn misschien 30 seconden op deze CD te horen die enigzins Oosters aandoen, voor de rest blijft Tyler trouw aan zijn eigen stijl, en gaat hij niet de excotische toer op, een erg groot gemis is het niet.
Er zijn wel enkele flinke technoklanken in te horen, soms gaan deze vloeiend over in rock, vooral de nummers Body Work en Chasing Dragonballs zijn gereserveerd voor een creatieve geest die er een remix van maakt en deze op zijn youtube kanaal plaatst. Het is een leuk nummer maar gaat toch wat te lang door om interessant te blijven.
Wie Piccolo, de grote groene vriend uit de serie denkt terug te zien terwijl hij Gohan een klopje op zijn schouder geeft heeft het mis, het is een Green Mean Fightmachine, en de bad-guy uit Dragonball: Evolution. De man (of liever gezegd Namek als ik de fan moet uithangen), heeft een eigen thema meegekregen wat stoutmoedig, gemeen en zwaar klinkt. Dit keert effectief terug in de actiemuziek. Romantiek is nou niet bepaald Tyler's sterkste kant, sterker nog ik kan me niets herinneren van de man wat ook maar enigzins emotioneel klonk. I Dream of Chi Chi zal niet blijven hangen, maar begint wel erg mooi, haast romantisch. Dit, samen met de onstuitbare percussie, mengt zich samen met Piccolo's thema in de finale die, ongetwijfeld heel toepasselijk, Battle heet. Het is een sterke finale, en mijd de cliche's van de filmmuziek niet, denk aan hoge snelle strijkers met slagwerk die hetzelfde tempo aanhouden, maar omarmt deze zodat het aangenaam vertouwd klinkt en herkenbaar is voor iedereen die ook maar enigzins iets van filmmuziek afweet.
Brian Tyler heeft met Dragonball: Evolution de verwachtingen van mij en zo te lezen mijn collega Maurits Petri overtroffen op een zeer aangename manier.
Hij drukt zijn stijl door, maar voegt nog meer toe, emotie en goede spanningsopbouw. Tevens is Tyler thematsch te werk gegaan wat hem erg goed afgaat en zeker naar meer proeft.