De Amerikaanse komedie Liar Liar is geregisseerd door Tom Shadyac (Bruce Almighty, The Nutty Professor), waarbij Jim Carrey de hoofdrol speelt. Carrey is hiervoor genomineerd voor een Golden Globe Award. De film is dan ook goed ontvangen door de critici en was een groot succes in de bioscopen.
Het verhaal draait om advocaat Fletcher Reede (Carrey), die liegt en bedriegt om maar succesvol te zijn. Hij komt z'n beloften niet na en kletst zich uit de problemen, waardoor anderen weer de dupe zijn, vooral z'n ex-vrouw Audrey en zoontje Max. Fletcher verdedigt een klant, een vrouw die alleen op geld uit is. Maar Fletcher's zakenpartner heeft een oogje op haar en wil persé dat hij de zaak wint, zodat er veel geld binnenstroomt. Om promotie te maken heeft hij een vluggertje met zijn baas Miranda en belt z'n ex op dat hij vanwege drukte op het werk niet op de verjaardag van Max kan komen. Teleurgesteld wenst Max als verjaardagscadeau dat z'n vader een dag lang niet zal kunnen liegen. Die wens komt uit en heeft grote gevolgen...
Regisseur Shadyac vroeg James Newton Howard om de score te componeren, maar Howard kwam niet verder dan een thema-melodie en wat ideeën en heeft vervolgens aan Shadyac voorgesteld om John Debney hiervoor in te zetten. Debney stemde toe, wat geleid heeft tot een prima samenwerking, want Debney heeft vervolgens nog drie films van Shadyac van muziek voorzien.
Debney heeft het thema van Howard ten volle uitgenut, want in bijna elke track is wel iets van dit thema hoorbaar. De ene keer is dat up-tempo, dan weer rustig, dan weer in een actie-modus, dan weer heel ingetogen, maar steeds weer is het aansprekend.
Hieruit blijkt al dat dit een gevarieerde score is, met veel verschillende instrumentale inzet. Variërend tussen meer intieme tracks en meer bombastische actiemuziek heeft Debney voor een fraaie score gezorgd voor zo'n doldwaze komedie. Vaak hoor je in comedy scores vooral deuntjesmuziek en kermisklanken in veel tracks, en ook in deze score ontbreken die niet. Maar ze overheersen ook niet en dat is prettig. In een aantal tracks hoor je die comedy stijl wel voorbij komen, waarbij regelmatig de themamelodie een wat cartoonige kleuring heeft gekregen, maar het is heel acceptabel door de goede orkestraties, wat toch een mooie verdienste is van Debney.
Een flink aantal tracks op deze score laat erg fraaie en soms zelfs meeslepende muziek horen in aangename orkestraties. Een aantal tracks zijn weer wat meer romantisch of melancholiek getint, wat ook tot erg fraaie, wat meer emotionele klanken leidt.
Ook voor de andere komedies van Shadyac schreef Debney al van die heerlijke orkestrale en bijna meeslepende scores. Kennelijk is het zo dat als de film maar goed genoeg is, dat dan de muziek de grappen niet meer hoeft te ondersteunen en een ander aspect kan benadrukken. Dat levert dan vaak een score op die voor een komedie aangenaam in het gehoor ligt.
Waar Debney iets laat liggen is op de variatie in orkestrale klank. De muzikale kleuring van de score is wat vlak. Het zijn vooral strijkers, houtblazers, koperblazers en percussie die de toon zetten, dus de standaard orkestrale samenstelling. Debney varieert wel wat met de instrumentatie, maar uitspattingen van solo instrumenten komen maar beperkt voor en zijn dan ook weer de bekende instrumenten als hoorn of klarinet. Nergens pakt Debney uit met een wat meer exotische klank of speciaal ritme of een aparte uitvoering. En dat is jammer, want het geeft toch wel meerwaarde wanneer bepaalde tracks binnen de sfeer van de score als geheel er toch op een aparte manier bovenuit steken.
Dit is iets waar Debney in meer van zijn scores steken laat vallen, ondanks de verder duidelijke kwaliteit van zijn muziek van met name zijn fraaie orkestraties en arrangementen.
Toch is de muziek aangenaam en doet dit warm aan, terwijl veel muziek toch zeker blijk geeft van de nodige speelsheid, zonder al teveel komedie-kleurig te worden. Daarnaast bevat de score een aantal tracks waarin Debney de gevoelige snaar weet te raken en die de nodige ontroering teweeg brengen. En juist die bijzondere momenten in de score, samen met het geheel van fraaie orkestrale muziek, maakt dit tot een erg aangename luisterervaring.
Kortom, John Debney heeft met Liar Liar een score gecomponeerd op een thema van James Newton Howard, die voluit orkestraal is en waarin de variatie zorgt voor een erg prettige beluisterbaarheid. Daarbij gaat het zowel om variatie in intensiteit als om variatie in arrangement en toonsetting. Vooral de rustige, intiemere tracks zijn meeslepend en vaak ontroerend. Maar ook de meer verhalende of meer actiegerichte muziek blijft steeds harmonisch en aangenaam. Enige minpuntje is dat de klankkleur niet wat meer varieert met meer uitgesproken solopartijen. Deze blijft nu tamelijk vlak. Het album is nogal aan de korte kant (nog geen half uur) waardoor dat laatste niet echt opvallend is. Anderzijds verdienen zulke korte albums natuurlijk geen hoofdprijs. De waardering komt daarmee op 78 uit 100 punten.