De laatste jaren worden we doodgegooid met horrorfilms die vrijwel allemaal hetzelfde start- en eindpunt hebben. ‘The Reaping’ is een horrorfilm met enkele theologische aspecten erin, altijd goed voor de nodige discussies en controverse. Regisseur van dienst is Stephen Hopkins die in 2000 met ‘Under Suspicion’ een geweldige thriller afleverde. Die film moest het vooral hebben van de beklemmende sfeerschepping en ijzersterke dialogen. Hopkins wist toen, ondanks het kleine budget, drie grote namen te strikken; te weten Gene Hackman, Morgan Freeman en de altijd goedogende en acterende Monica Belluci. Ook voor ‘The Reaping’ wist hij weer enkele bekende namen aan te trekken, met als absolute publiekstrekkers Hilary Swank in de rol van Katherine Winter en Stephen Rae als Costigan. Ondanks het in basis interessante verhaal en de bekende namen steekt deze film toch wat schraal af tegen de topper uit 2000. Er is echter één gebied waarop deze productie zeker niet teleurstelt: de muziek.
Vorig jaar verscheen ‘The Exorcism of Emily Rose’, een bloedstollende film geplaatst in een religieuze context. De film werd van muziek voorzien door componist Christopher Young. Het is dan ook meer dan interessant de score van John Frizzel voor ‘The Reaping’ af te zetten tegen die van Christopher Young voor ‘The Exorcism of Emily Rose’. Beide componisten zijn meer dan ervaren in het schrijven van horrorscores en waar laatstgenoemde zijn naam regelmatig aan grote producties weet te verbinden, recentelijk nog ‘Ghost Rider’ en ‘Spiderman 3’, heeft Frizzel in dat opzicht toch altijd wat achteraan in de rij gestaan. Maar misschien schuilt daar ook wel de kracht van de componist. Werken als ‘Gods And Generals’, ‘Thir13en Ghosts’, ‘Ghost Ship’ en ‘Alien: Resurrection’ mogen dan, behalve laatstgenoemde, geen grote titels zijn, de scores waren stuk voor stuk om van te smullen. Stevige orkestratie, gebalanceerd gebruik van koor en degelijke thematiek maakten de muziek bij velen geliefd. Natuurlijk schreef de man ook heel wat mindere scores zoals ‘I Still Know What You Did Last Summer’ en ‘Dante’s Peak’. Wanneer je deze echter even vergeet zie je toch een vrij constante lijn in kwaliteit en originaliteit. Daar waar Young door de jaren heen steeds mindere scores heeft afgeleverd blijft Frizzel bij tijd en wijlen echt verassen. Ook ‘The Reaping’ mag weer een bijzondere plaats innemen in het oeuvre van de in New York geboren componist.
‘The Exorcism of Emily Rose’ was een score die zijn werk prima deed in de film maar leed aan een manco dat vele horrorscores kennen. De muziek bevatte te weinig boeiende arrangementen om ook zonder beelden te kunnen overtuigen, waardoor enkel de dissonante tonen en schelle vioolklanken overbleven. Frizzel maakt al in de openingssequentie van deze score duidelijk dat hij die val met alle macht tracht te omzeilen. ‘The Incident in Chile’ is een intelligent opgezette track die een gevarieerde orkestratie herbergt. We horen afwisselend akoestische gitaar, violen, houtblazers en een piano dat een motief in staccato speelt. Daarnaast de onvermijdelijke dissonante synthesizerklanken maar ze spelen een opvallende bijrol in het arrangement. ‘The Call from Costigan’ opent met een subtiele variant op het pianospel uit de opening, die in combinatie met de synthesizerklanken een opvallend dreigende sfeer schept. ‘Trip to Haven’ is een nieuwe variant op het hoofdthema, maar wordt naar het einde toe welhaast een vriendelijk subthema. ‘River of Blood’ en ‘Plague of Flies’ zijn de eerste tracks waarbij echt te horen is dat het een horrorscore betreft. Motieven worden in openstaande noot afgesloten en de helse maar ingetogen climax van orkest én koor roepen een bijzondere atmosfeer op.
‘Katherine’s Story’ is een opvallende maar passende stijlwisseling in de muziek. De track is geheel opgebouwd uit strijkers en geeft een emotionele lading mee aan het geheel. ‘Katherine’s Faith’ is in het eerste gedeelte geheel in contrast met de track ervoor. Pure horrormuziek waarbij we wederom geconfronteerd worden met een ritme dat maar niet lijkt los te komen. De openstaande noot doet realiseren dat er nog een nieuwe subthema zal komen, maar Frizzel kiest ervoor het nog niet prijs te geven. In plaats daarvan keert hij terug naar het thema uit ‘Katherine’s Story’. ‘Katherine Believes/Costigan Burns’ betekent een kentering in de muziek. De track wordt krachtig opgebouwd om in een stevige samensmelting van thematiek, orkest en koor te eindigen. De tracks die daarop volgen bestaan vooral uit zang, stevige blazers en snerpende violen. Echte horrormuziek, maar omdat Frizzel zoveel werk heeft gemaakt van een degelijke opbouw vooraf is dit nu eens niet negatief bedoeld.
De finale van de score vangt aan met ‘God Intervenes’, opnieuw een stevige track met het nodige ritme, maar afsluitend in een opvallende rustige variant van het hoofdthema. ‘The Boy’ is niet alleen de voorlaatste track maar ook het absolute hoogtepunt van de score. Frizzel bewijst met deze track wederom een meer dan goede componist te zijn. Moeiteloos brengt hij thema’s en subvarianten tot elkaar, legt er nieuwe elementen in en brengt het geheel naar een fantastische climax. Orkest en koor blijven in balans, daar waar veel componisten vaak het ene element te veel gewicht meegeven ten opzichte van het andere. ‘The Reaping Title Sequence’ is een bizarre afsluiter, met een overheersende beat van drum en elektrische gitaar. Toch heeft de track zijn functie want het rondt de openstaande noot uit de rest van de score af. Verder is het wel een track die, door zijn vreemde orkestratie, wat buiten de rest van de soundtrack valt.
Ondergetekende heeft door de jaren heen al heel wat horrorscores langs horen komen en maar weinigen slaagden erin hem een goed gevoel te bezorgen. ‘The Reaping’ is daar een zeer positieve uitzondering op. De muziek is goed gebalanceerd met een uitstekend hoofdthema en degelijke en gevarieerde variatie daarop. Samen met ‘The Descent’ mag deze score dan ook gerekend worden tot een van de beste horrorscores van de laatste jaren. Toch jammer dat Frizzel dan opnieuw een prima score heeft afgeleverd voor een vrij matige film. Hierdoor zal de score, net als de vele andere werken van de componist, voorbijgaan aan de grote massa en dat is meer dan spijtig.