“Little children” vertelt het verhaal, gebaseerd op een roman van Tom Perrotta, over het leven van enkele individuen in de Amerikaanse suburbs. Gevangen in de saaiheid van het huismoeder en –vaderschap proberen een handvol hoofdpersonages te ontsnappen aan de saaiheid van hun alledaagse leven. De ene huismoeder, getraumatiseerd door haar aan pornoverslaafde man, start een woelige affaire met de lokale huisvader/hunk en een vrijgelaten pedofiel probeert een nieuw leven op te starten maar wordt direct geconfronteerd met zijn verleden door de paniekerige buurtbewoners die er alles aandoen om het gevaar uit hun leven te bannen. Al vlug blijkt dat de volwassenen de kinderen van de wijk vormen, elk gevangen in gepredestineerde levenspatronen en –verwachtingen. Elk bezig met hun eigen onhebbelijkheden en egoïstische verlangens. Tragedie en humor gaan in “Little Children” hand in hand. De personages worden op een pakkende manier neergezet door de immer bevallige Kate Winslet (‘Titanic’, ‘Eternal Sunshine on a Spotless Mind’) in de rol van desperate housewife en Patrick Wilson (‘Angels in America’, ‘Hard Candy’) als steevast falende echtgenoot. De film kreeg maar liefst drie Oscar nominaties ondermeer voor beste actrice en beste screenplay, maar kon er helaas geen enkele verzilveren.
Na het kritische ‘American Beauty’ van Sam Mendes, mocht Thomas Newman opnieuw aantreden als componist voor een hitzwarte, Amerikaanse komedie en net als zijn vorige poging componeerde Newman een moderne en weinig melodieuze score. De muziek is veelal atmosferisch, gevoed door een vlaag strijkers, echo’s van exotische fluiten, het vrolijk tokkelen van allerhande percussie- en snaarinstrumenten (met ondermeer een vibrafoon, elektrische gitaren en klankschalen) die allemaal worden bijgestaan door de typisch Newmaneske pianovariaties. Toch blijft “Little Children” een minder toegankelijke score dan pakweg ‘Road to Perdition’ of ‘Angels in America’. De cues zijn veelal alleenstaande improvisaties, zonder enige melodische samenhang of herkenbaarheid. Die onsamenhangendheid zorgt voor een gevarieerd album maar zorgt er tevens voor dat er geen enkele rode draad is terug te vinden. Daarnaast zijn de melodieën vaak nodeloos ingewikkeld en draaien veelal rond lang uitgesponnen, doordreunende baslijnen en pizzicato strijkers.
Gelukkig zijn een aantal cues duidelijk te herkennen als het werk van Newman dat vooral doet denken aan zijn zinderende score voor “Lemony Snicket: a Series of Unfortunate Events”. De openingcue “Snack Time” start met een aankomende trein en breidt zich langzaam uit tot een simpele progressie voor percussie. “Tissue” is dan weer een vrolijk strijkers intermezzo dat vreemd klassiek aandoet in haar eenvoud. “2 Hillcrest’” is dan weer een overduidelijke Newman track met een mooi thema voor de piano, waarna “Late Hit” een weinig tot de verbeelding overlatende compositie is met een zachte beat, vreemd in de verte gemixte strijkers en dreunende synthesizers. De eerste vier tracks variëren onderling al ontzettend veel van elkaar en geven het algemeen beeld van het album weer; een variatie van alle mogelijke stijlen die Newman gebruikte gedurende zijn carrière. Voor de liefhebbers van Newmans werk zullen vooral cues als “Bandshell” en “It’s Wrong and it’s Weird” en “Pool Days” aanraders zijn. Het zijn stuk voor stuk muziekstukken waar piano, strijkers en zachte, haast zenachtige synthesizers tot knappe, lichte melodieën zijn verpakt. Voor wie bekend is met het werk van Newman zal ook de harde en vaak knap gearrangeerde tracks als “Weekends Were Difficult”, “A Sniff or Two” en “Lucy” kunnen appreciëren. Ten slotte verdient “Be a Good Boy” een speciale vermelding door het gebruik van een mooi en zacht pianothema dat heel lekker in het oor ligt en het dichtst bij een herkenbare melodie aanleunt.
Met een allegaartje van variaties, voort echoënde klanken en synthetische effecten is “Little Children” geen eenvoudig te beluisterend album. Neem daarbij nog eens het agressieve en onaangename “Slutty Kay” en het Big band vehicle “Fly Me To The Moon” en je hebt een vreemd aandoend en knap lastig album. En toch is Newmans stijl overal aanwezig, al is het maar in kleine arrangementen of tierlantijntjes die als knipogen zitten verborgen in alle uithoeken van de composities. Thomas Pasatieri, de huisarrangeur van Newman, zorgt ervoor dat Newmans muziek de stempel Newman meekrijgt. Dit is geen plezierige score als “Wall-E” of “Finding Nemo”, nog een epische score als “The Green Mile” of “Angels in America”. Het bevreemdende verhaal van Perrotta krijgt een al even atypische score. De 40 minuten durende release van Silva Screen omvat alle grote score tracks die te horen zijn in de film. Waar de muziek perfect bij de beelden past en bij de personages, zijn de verschillende cues op cd vooral voer voor doorwinterde score veteranen. Want je mag gerust zeggen dat op melodisch vlak de score van Newman weinig om het lijf heeft, ze is wel organisch en haast tastbaar. Al je zintuigen lijken geprikkeld door de vele geluiden en smaken die doorheen de composities zijn verweven. Noem het een bevreemdende ervaring, maar het is weliswaar wel een unieke belevenis. En daar zit de kracht van dit album.
“Little Children” is een moeilijk te vatten album geworden, die maar een select aantal luisteraars echt zal bekoren. Het beeld van de sfeervolle score van Clint Mansell voor “The Fountain” komt me voor ogen wanneer ik de disc in mijn cd-speler doe. Niet door haar knappen melodieën maar door haar onmiskenbare sfeer van krampachtig onbehagen. Je moet in de stemming zijn voor deze cd. Als je geen fan bent van Newman of rustige, onmelodische scores niet kunt appreciëren, mijd je dit album beter als de pest. Wie nood heeft aan een stevige, psychologische ontdekkingstocht, zal deze Newman zeker kunnen smaken. “Little Children” blijft moeilijk verteerbare filmmuziek zonder meer. Kopen op eigen risico.